De stad Essen heeft de Duitse taxichauffeur Jalil Mashali een boete opgelegd vanwege een Bijbeltekst op zijn voertuig.
Dat bevestigde Sofia Hoerder, woordvoerster van de juridische mensenrechtenorganisatie ADF International,.De boete bedroeg € 88,50; veel minder dan de verwachte € 1000.=
Mashali ontving in oktober 2023 een brief van de stad Essen waarin hij werd bedreigd met een boete als hij de sticker met de tekst “Jezus – Ik ben de Weg, de Waarheid en het Leven” niet op zijn taxi zou verwijderen. Volgens de stad gaat het om religieuze reclame. Het wordt als ongepast beschouwd omdat taxi’s een openbare functie hebben.
Zowel Mashali als ADF zijn van mening dat het verbod in strijd is met fundamentele mensenrechten, zoals vrijheid van meningsuiting en vrijheid van godsdienst, waaronder het recht om diepgewortelde overtuigingen met anderen te delen. De christelijke bekeerling heeft tot nu toe geweigerd de tekst te verwijderen.
Mashali gaat in beroep tegen de boete bij de stad Essen. Tot die tijd betaalt de taxichauffeur niet, stelt Herder. Als het bestuursorgaan de boete niet intrekt, kan de zaak voor de rechter worden gebracht.
De Iraanse moslim Jalil Mashali (51) verhuisde in 2001 naar Duitsland voor een operatie. Daar werd hij christen, vertelt hij tijdens een bezoek van een verslaggever in Essen.
“Ik ben geboren in 1972 in de Iraanse metropool Ahvaz en groeide op in een gezin van 10 kinderen”, begint Mashali zijn verhaal. “Mijn vader stierf in 1980 tijdens de oorlog tussen Irak en Iran. Ik was toen acht jaar oud. Omdat ons gezin de kostwinner kwijt was, moest ik sigaretten, water en falafel op straat gaan verkopen.”
Op 13-jarige leeftijd wordt Mashali aangereden door een bus en moet hij 17 operaties aan zijn been ondergaan. Toch pakt hij in de jaren die volgen zijn leven weer op. Hij trouwt, krijgt twee zonen en verdient de kost als ambtenaar op het stadhuis van Ahvaz.
De islam betekent veel voor Mashali in deze periode. “Ik was de meest religieuze van mijn hele familie en bad veel. Ik haatte joden en christenen en gaf er de voorkeur aan hen te doden. Op die manier dacht ik dat ik het paradijs zou binnengaan.”
In 2001 verhuist Mashali naar Essen voor medische behandeling. “Ik had steeds veel problemen met lopen en had veel pijn. Op aanraden van een neef ben ik toen naar Duitsland gegaan. Mogelijk kunnen ze daar iets voor me betekenen.”
In het ziekenhuis heeft de taxichauffeur het zwaar. “Na de operatie was de pijn zo hevig dat morfine nauwelijks hielp. Ik wilde met mijn rolstoel naar de vierde verdieping van het ziekenhuis rijden en naar beneden springen.”
Op dat moment krijgt hij bezoek van een vriend van zijn ex-vrouw. “Ze was christen geworden en vroeg of ze met me mocht bidden. Dat wilde ik niet, want ik was een gelovige moslim. Toch liet ik het toe. Ze vroeg of God mijn lijden wilde wegnemen en noemde me Zijn kind. Ik begreep daar niets van. In de islam zijn mensen slechts dienaren van Allah.”
Er gebeurt een wonder. “Mijn pijn was weg en kwam tot mijn verbazing ook niet meer terug. Ze zei dat Jezus dat had gedaan en gaf me een Bijbel in het Perzisch, de taal die ik in Iran had geleerd.”
Voor de taxichauffeur begint dan een lange periode van interne strijd. “Ik las vaak in de Bijbel, maar pakte ook steeds weer de Koran op. Uiteindelijk kwam ik tot de conclusie hoe verschillend Mohammed en Jezus waren. God gaf in mijn hart dat ik Hem niet langer kon verloochenen.”
De beslissing om christen te worden verandert zijn leven drastisch. “Ik hoef niet langer mijn best te doen om in de gunst te komen bij Allah. Na mijn operatie ben ik in Duitsland blijven wonen. Ik wil mijn leven hier gebruiken om anderen de weg naar Hem te wijzen.” Met een weemoedige blik kijkt de ex-moslim naar buiten. “Er zijn zoveel mensen die Hem nog niet kennen.”
Hoewel hij het in Duitsland veel beter heeft dan in Iran, gaat het ook niet goed met Mashali. De taxichauffeur trekt zijn broekspijp een beetje omhoog. Een prothese wordt zichtbaar. “Dit maakt mijn werk niet altijd gemakkelijk, en traplopen is ook moeilijk”, zegt hij. Om de eindjes aan elkaar te knopen, moet Mashali dagelijks 10 tot 12 uur werken. “Het is zwaar, maar God voorziet elke dag in mijn brood. Dat verdien ik niet. In mijn gebeden ben ik niet altijd trouw. Toch geeft Hij wat ik nodig heb. Dat is genade.”
Hij probeert met iedereen iets over het christelijk geloof te delen, wie er ook in zijn taxi stapt. “Met moslims ben ik alert. Sommigen van hen reageren agressief. Daarom is het soms beter om mijn mond te houden. Zoals Zacharia schreef: “Niet door macht, noch door kracht, maar door mijn Geest.”
Mashali heeft tegenwoordig niet veel passagiers. “Normaal gesproken is het drukker”, zegt hij terwijl hij zijn auto behendig door de drukke straten van Essen stuurt. Hij is nog maar net uitgesproken of er verschijnt een bericht op het dashboard. “Een klant”, roept Mashali. Bij een grauwe flat stopt hij zijn auto. Een man van een jaar of 70, gekleed in een blauwe jas en hoed, stapt in. Hij zit amper of de taxichauffeur begint te vertellen. “Ik riskeer een boete van maximaal € 10.000,= omdat ik Bijbeltekst op mijn taxi heb liggen. De overheid zegt dat het religieuze reclame is, en dat is verboden.” De man antwoordt: “Wat de stad ook zegt, het komt toch goed?” Mashali schudt zijn hoofd. “Daar ben ik het niet mee eens.” De bejaarde man neuriet iets onverstaanbaars. Dan, duidelijker: “Dit is waar ik eruit moet”. Hij drukt een tientje in de handen van de taxichauffeur en rent dan een zijstraat in.
“Dat ik in Duitsland zo’n hoge boete riskeer vanwege een Bijbeltekst is voor mij onbegrijpelijk”, zegt Mashali. “Dat mij dit in Iran zou overkomen, is niet verwonderlijk. Maar in Duitsland, een land waar vrijheid voorop staat? Voor mij is het Bijbelvers een manier om getuigenis te geven.”
Een wet uit 1998 is volgens de stad Essen de reden om Mashali aan te klagen. Destijds oordeelde het Federale Hof dat taxi’s een belangrijke publieke functie hebben. Daarom worden religieuze teksten als ongepast beschouwd.
Volgens Mashali ligt het probleem dieper. “Duitsland heeft zijn christelijke wortels verloren. Zie je die kerk daar?” Mashali wijst naar een gebouw dat is bespoten met graffiti. “Vroeger werden er kerkdiensten gehouden, maar nu staat het leeg. Dat komt omdat mensen God niet meer nodig hebben.”
In de procedure wordt Mashali bijgestaan door een advocaat uit Oostenrijk. Die laatste heeft de zaak kosteloos op zich genomen. Het is nog niet bekend wanneer er een uitspraak komt. Wat als wordt besloten dat de tekst wordt verboden? “Dan haal ik het weg. God gebiedt ons ook om gehoorzaam te zijn aan de overheid. Tot die tijd hoop ik dat het een zegen mag zijn.”
Geef een reactie
Je moet ingelogd zijn om een reactie te geven.